WWF Ruurd Dankloff

Column

Elke editie schrijft een WWF-ambassadeur over wat hem of haar bezighoudt op het gebied van natuur en milieu. Deze keer: presentator Loretta Schrijver.

Lieve sir David Attenborough,

Ik ben Loretta Schrijver, 64 jaar oud. Ik werk dertig jaar bij de televisie als nieuwslezer, presentator en voice-over van talloze documentaires, vooral natuurdocumentaires. Ik heb u dertig jaar geleden leren kennen toen ik uw serie The Living Planet mocht inspreken. 34 jaar was ik en ik hield mijn hele leven al van dieren. Eigenlijk wilde ik actrice worden, maar mede dankzij mijn stem en voorleeskwaliteiten was ik via de radiojournalistiek bij de televisie terechtgekomen. Kortom: ik had mijn draai in het leven gevonden.

Maar bij het inspreken van uw documentaireserie kwam ik van het ene op het andere moment in een heel nieuwe wereld terecht. Beangstigend, sprookjesachtig, magisch en onbeschrijfelijk mooi. Een wereld die ik nog niet kende, maar die me vanaf dat moment zo intens lief is geworden. Een wereld die mijn leven is gaan beheersen. Míjn wereld, ónze planeet, de aarde. 

Door The Living Planet kreeg mijn liefde voor dieren er een dimensie bij: de liefde voor onze natuur en ons milieu. Want door alles wat die leuke en knappe David – ja u – me liet zien in die documentaires ben ik verliefd geworden op onze planeet. En wat je liefhebt, wil je behouden en beschermen. Dat mag niet vernietigd worden door andermans onverschilligheid. Bewustwording werd mijn motto en om dat te realiseren, werkte ik bij het juiste medium. Als criticaster van onze consumptiemaatschappij en pleitbezorger van dierenrechten en onze planeet heb ik in de loop der jaren met veel onbegrip en tegenslagen moeten omgaan. Zowel op mijn werk als privé was ik meestal een roepende in de woestijn. Ook bij het gerenommeerde nieuws en bij de omroepdirectie. Zelfs nog toen ik een eigen dierenprogramma had.

‘Door u ben ik verliefd geworden op onze planeet’

 

Ik werd in 1992 ambassadeur van WWF en heb aan deze natuurorganisatie mijn mooiste herinneringen – hoe schrijnend soms ook – te danken. Zoals mijn bezoek aan de berggorilla’s van Dian Fossey in de Democratische Republiek Congo in 1995. En mijn reis naar de Amazone, waar ik het proces van boom tot gecertificeerd FSC-hout heb gezien. Ik was er vooral naartoe gegaan, omdat ik hoopte een luiaardje in het wild te kunnen zien. Ik heb gezocht maar niet gevonden. Toen ik één dag los van de groep een reportage maakte, meldden mijn groepsgenoten me ’s avonds dat zij een luiaardje hadden zien zwemmen dat mijn naam riep. Dikke tranen.

Tweemaal zat ik in een rubberbootje in een Noors fjord midden tussen de orka’s. Eng en sprookjesachtig tegelijk met de krijsende meeuwen en jan-van-genten boven ons hoofd in de schemer en de kou. Ik ging twintig jaar geleden bij die orka’s kijken of de toen al ingezette klimaatverandering van invloed was op hun leven daar in het hoge noorden. Nóg niet, kreeg ik te horen van de wetenschapper die mee was. En daar leerde ik ook de uitdrukking ‘maar bij twijfel niet inhalen’. Want waarom zou je het risico nemen dat het ooit wel zover zou komen? En dat ooit is nu al.

U, lieve meneer Attenborough, bent altijd mijn voorbeeld geweest. Mijn leermeester. Mijn gids. U hebt op afstand een deel van mijn leven richting gegeven door de liefde voor die immens prachtige natuur. Het heeft ook veel, heel veel verdriet veroorzaakt om alles wat kapotgaat en er al niet meer is. Ongetwijfeld geldt dat verdriet ook voor u, maar ik hoor u zeggen dat we met elkaar onze mooie planeet nog kunnen redden. En met enige scepsis wil ik dat geloven. Ook hierin zal ik u trouw blijven.

Dank u voor alles, lieve sir David