In het spoor van Makumba
Tekst: Ellen de Wolf, beeld: WWF, Andy Isaacson, Miguel Ballosta, Bruce Davidson
Gorillatoerisme brengt geld in het laatje voor natuurbescherming en lokale gemeenschappen in Afrika. Om de schuwe mensapen aan de aanwezigheid van toeristen en onderzoekers te laten wennen, worden spoorzoekers ingezet. Dit is het verhaal van een van hen: Paul Ngboko.
In het zuidwesten van de Centraal Afrikaanse Republiek ligt het Dzanga-Sanghareservaat. Dit beschermde regenwoud barst van het leven. Je vindt er bosolifanten, schubdieren, bongoantilopen en een aantal families westelijke laaglandgorilla’s.
Twintig jaar geleden begon WWF in dit gebied gorilla’s te ‘habitueren’. Door ze geleidelijk te laten wennen aan menselijke aanwezigheid, worden onderzoek en verantwoord toerisme makkelijker. Het programma rondom de charismatische mensapen groeide uit tot een belangrijke inkomstenbron voor het parkbeheer en een bron van werkgelegenheid voor lokale gemeenschappen.
Natuurkennis
Het succes is vooral te danken aan de ongeëvenaarde kennis van de Baka, die voor een groot deel leven op de traditionele manier van hun voorouders. Spoorzoeker Paul Ngboko is sinds het begin verbonden aan het gorillaprogramma. ‘Ik houd echt van mijn baan’, zegt hij. ‘Ik heb een inkomen om van te leven. Om voor mijn vijf kinderen te zorgen en ze naar het ziekenhuis te brengen als dat nodig is.’
In het bos voelt Paul zich als een vis in het water. Doorgaans verblijft hij twee weken in het trackerskamp en daarna is hij twee weken thuis bij zijn gezin. Hij vertelt zijn kinderen over de Baka-cultuur en leert ze welke planten en dieren in het bos leven, net als zijn ouders bij hem deden. Naast zijn baan als gorilla tracker verbouwt Paul cassave en bananen en verzamelt hij eetbare planten in het bos.
Makumba
Gorilla’s leven in groepen met aan het hoofd de dominante man, een zilverrug. Die wordt zo genoemd omdat de vacht op zijn achterkant grijs is. Zijn zogenaamde haremgroep bestaat meestal uit een paar vrouwtjes en vier tot vijf baby’s en pubers.
Aap Makumba is leider van een van de vier gehabitueerde gorillagroepen uit het WWF-programma. Samen met het vrouwtje Malui heeft hij meerdere kinderen, waaronder de tweeling Inguka en Inganda en de jonge Epolo.
Spoorzoeken
‘Als spoorzoeker sta ik ‘s ochtends heel vroeg op om het bos uit te kammen op sporen van Makumba en zijn familie’, zegt Paul. ‘Als we ze vinden, blijven we de hele dag in hun buurt zodat zij gewend raken aan mensen. We begeleiden ook toeristen en zorgen dat zij niet te dicht in de buurt komen van de gorilla’s. Ze moeten een mondmasker dragen om zichzelf en de gorilla’s te beschermen. Dat doen wij ook, al voor covid. Via de gorilla’s kunnen we besmet raken met ziektes en vice versa. Vroeger at ik vaak vruchten in het bos, maar nu ik weet welk fruit de gorilla’s eten, raak ik het niet meer aan. Ik heb liever honger dan dat ik de gorilla’s ziek maak.’